Pagina's

dinsdag 31 maart 2015

En toen was er nog hoop

Vandaag had ik een gesprek met de bedrijfsarts. De arbeidsdeskundige had hem inmiddels gebeld en aangegeven dat er niets in de weg stond van mijn reintegratie. Kortom ik moest zo snel mogelijk aan de bak, liever nog gisteren dan vandaag. Ik probeerde de bedrijfarts te vertellen hoe ik het gesprek met de arbeidsdeskundige heb ervaren maar hij stond er niet open voor. Het enige waar hij open voor stond was het bespreken hoe snel ik weer kon reintegreren. Ik mocht zelf wat voorstellen. Ik stelde dus 2x 2uur per week voor tot eind april. Dat werd razendsnel opzij geschoven. Ik moet eind april/ begin mei op 3x 4 uur zitten. Dat vind ik persoonlijk te snel gaan en dat heb ik ook aangegeven. Hij vond dat maar onzin. Als ik kans wilde maken op een baan bij de andere afdeling dan moest ik laten zien dat ik wilde reintegreren en aanpakken. Iemand die maar een paar uurtjes werkt, daar hadden ze niks aan. Ik kan zijn gedachtengang wel volgen maar hij helaas niet die van mij. 

Eenmaal thuis heb ik zitten puzzelen. Het is onmogelijk voor mij om binnen 3-4 weken op 3x 4 uur te zitten. Op zijn vroegst kan dit half mei. Vervolgens heb ik zitten puzzelen hoe ik mijn reintegratie zo kan inrichten dat ik mij er prettig bij voel en er vertrouwen in heb dat ik op een gezonde manier volledig reintegreer in plaats van ergens een terugval te krijgen. Ik kom dan uit op een reintegratie van een half jaar. Dat wijkt dus niet eens af van het advies van de arbeidsdeskundige die 3 tot 6 maanden voorstelde. De bedoeling is dat ik tijdens mijn reintegratie beleidsstukken ga herschrijven. Deze zijn zwaar verouderd. Dit vergt echter wel tijd en veel research. Een klus die ik goed aan kan en waar ik ook goed in ben. Ik wil echter wel iets afmaken als ik ergens aan begin. Het (her)schrijven van beleid vergt tijd. Het vervolgens uitrollen en implementeren ook. Ik wil dus gaan proberen om die tijd ook te krijgen. Zelf verwacht ik daar toch minimaal dit hele jaar voor nodig te hebben. Ik hoop dat mij die tijd wordt gegund.

Intussen heb ik ook mijn licht opgestoken over de mogelijke consequenties van een outplacement. Ik heb besloten nergens meer vooraf mee akkoord te gaan zonder dat ik volledig de consequenties kan overzien en juridisch advies heb ingewonnen. Er zijn twee opties als het reintegratietraject afloopt: mijn oude baan claimen of ontslagen worden. Ik zal niets meer dan ook niets ondernemen om aan mijn ontslag mee te werken. Zodoende behoud ik namelijk recht op een uitkering, mocht ik die ooit nodig hebben. Uiteraard hoop ik dat het nooit zo ver komt. Ik hoop dat ik of op mijn nieuwe werkplek kan blijven of dat ik een andere baan vind. Het klinkt allemaal erg berekend. Maar momenteel staat er maar één belang voorop en dat is mijn belang op een (vaste) baan. 

Tegen al jullie lieve advies in, heb ik inmiddels een paar ballonetjes in de lucht gedaan voor een andere baan. Niets doen, rustig reintegreren en dan maar zien wat erop me af komt, ligt niet in mijn karakter. Ik moet iets ondernemen want anders word ik letterlijk gek van alle onzekerheid. Zolang er dingen lopen (lees: kansen op een baan) blijf ik hoop houden. Hoop geeft mij de kracht om door te gaan. Onzekerheid verlamt mij en zorgt ervoor dat ik me alleen maar slechter ga voelen. 

maandag 30 maart 2015

Joepie we krijgen geld terug

Het stond al een week op mijn lijstje om te doen: de belastingaangifte. Vandaag was er geen ontkomen meer aan want ook al mag je tot 1 mei je aangifte te doen, het heeft meer voordelen om het voor 1 april te doen. Er lagen ook nog een aantal rekeningen ter betaling dus ik maakte er maar meteen een financiële ochtend van. 

Nadat ik alles had ingevuld, was ik heel benieuwd hoeveel geld ik zou terug krijgen. Bijzonder eigenlijk dat je aan neemt dat je wat terug krijgt want dit is helemaal niet zo vanzelfsprekend. Je verwacht dit echter omdat je al jaren iets terug krijgt. Ik schrok dus toen ik ineens een bedrag zag staan dat ik moest terug betalen. Daar klopte dus duidelijk iets niet. Dus heb ik weer de hele opgave doorgelopen. Heel stom maar ik was de hypotheeklening vergeten in te vullen. Dat scheelt natuurlijk enorm. Nadat ik hiervan ook alle gegevens had ingevuld, stond er een mooi bedrag onder de streep. Wij krijgen €658 terug. Dat is een heel leuk bedrag. Een bedrag waarmee we gaan aflossen zodat we weer iets eerder bij de nulstreep komen. 

Het is ook weer fijn dat dit klusje erop zit. Straks fysiotherapie en dan heb ik vanmiddag twee kleine meisjes spelen die elkaar vanochtend al zoenend in de gang begroeten. De moeder en ik begrepen er niks van. Ze beweren elkaars beste vriendinnen te zijn maar ze zijn altijd aan het kibbelen met elkaar. We hebben het beiden maar opgegeven om het te begrijpen. De dametjes vinden elkaar over het algemeen erg lief en leuk, zoeken elkaar constant op en vergeten ook snel weer hun misverstanden. Kleutervriendschappen tegelijk heel complex en ook weer zo heerlijk simpel. 

zondag 29 maart 2015

Overlevingsmodus en 1001 gedachten

Na het overdonderde gesprek op werk heb ik de laatste paar dagen in shock door gebracht. Terwijl iedereen om mij heen een rotsvast vertrouwen in mijn kunnen heeft, heeft mijn zelfvertrouwen een flinke knauw gehad. Bepaalde dingen die zijn gezegd blijven door mijn hoofd zwerven. Tegelijkertijd voel ik me verdrietig maar ook heel boos want niemand maar dan ook niemand die mij zo mag behandelen. En niemand die mij dingen mag afnemen waar ik de laatste jaren zo hard voor heb gewerkt en gestreden. Ergens halverwege kwam ik tot de conclusie dat ik best een flinke financiële stap terug wil doen maar dat ik toch wel heel graag in mijn huis wil blijven wonen. Mijn huis voelt als mijn veilige basis. Ik moet er niet aan denken om te verhuizen.

Inmiddels draaien mijn hersenen overuren. Hoe voorkom ik dat ik aan het kortste einde trek? Hoe voorkom ik dat ik op termijn werkeloos thuis zit en in het ergste geval een bijstand krijg? Langzaam drongen de mogelijkheden tot mij door. Dus houd je vast, want een overspannen brein werkt soms turbo-snel:

  • Advies inwinnen over mijn rechten en plichten als zieke werknemer. Wat zijn de (financiële) consequenties van outplacement? Hoe lang kan ik een reintegratie rekken in mijn voordeel? Moet ik mijn eigen werkplek opeisen als teken dat ik niet akkoord ga?
  • Wie kan ik mijn netwerk allemaal benaderen om te vragen of zij een andere baan weten? Zo kwam ik tot de conclusie dat ik bij mijn huidige werkgever een aantal mensen kan benaderen maar ook daar buiten ken ik een aantal mensen.
  • Solliciteren op alle banen binnen mijn vakgebied en niet te kieskeurig zijn. Vervolgens de sollicitaties persoonlijk opvolgen. Dus actief interesse tonen.
  • Onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om als zelfstandige adviseur me te laten inhuren. Ik ken het reguliere uurtarief. Ik zou me ook via een interim-adviesbureau kunnen laten inhuren. In ruil voor hun bemiddeling draag je dan een deel van je inkomsten af. Ook zou ik mijn licht kunnen opsteken bij een vriendin die inmiddels een jaar zelfstandig werkt. Wellicht zouden we opdrachten naar elkaar kunnen toeschuiven als een bepaalde opdracht niet bij ons past of omdat we al bezet zijn. Nadeel is dat ik geen goede netwerker ben en ik me tot de Randstad/ Utrecht voor werk moet beperken. Dat geldt echter voor haar ook en ze lijkt er financieel goed bij te varen.
  • Om financieel niet te verzuipen als het ergste scenario werkelijkheid zou worden, een goed overzicht maken van alles wat ik op tijd moet opzeggen zoals kinderopvang. Onderzoeken of hypotheek goedkoper kan en of ik de levensverzekering kan beëindigen. Onderzoeken of de verzekeringen goedkoper kunnen.  Ook onderzoeken wat het absoluut minimuum salaris is waarop ik zou kunnen overleven en daarop alles aanpassen. 
  • Extra inkomsten genereren door dingen te verkopen. Auto op tijd verkopen.

Dit is wat ik zo heb kunnen verzinnen de laatste 5 dagen. Er zullen vast nog wel dingen zijn die ik hieraan kan toevoegen maar het is een begin. Het enige waar ik tegen aan loop, is dat ik het mentaal moeilijk vindt om te behappen. Het is allemaal zo veel ineens terwijl ik nog herstellende ben. Ik zal het stapje voor stapje moeten oppakken. Manlief denkt ondertussen hard met mij mee. Hij kwam met het idee van interim werken. Hij denkt zelfs dat het ook goed bij mij zou passen. Je doet tijdelijk een klus maar bent minder gebonden aan alle teamdynamiek. Hij heeft daar wel een goed punt. Alleen vind ik werken als zelfstandige doodeng. 

De hand zit inmiddels ook goed op de knip. Ik denk niet meer 3x maar wel 10x na voordat ik iets koop. Zo deed ik vandaag vrij moeilijk over een pak rijstwafels van 0.21 en dat terwijl dochterlief toch echt iets mee moet nemen naar school voor het 10-uurtje. Rijstwafels zijn dan een gezonde en goedkope optie. Ook hebben we besloten dat een vakantie er niet in zit. Ik zou geen moment rust hebben als ik op het Griekse strand zit. We kunnen het geld beter gebruiken om extra af te lossen. 

De bonus die ik aan het einde van de maand krijg gaat ook volledig naar het aflossen van de creditcard. Helemaal zullen we dat niet kunnen aflossen maar hopelijk lukt dat wel met de belastingteruggave. Daarna gaat het bedrag dat we afloste op de creditcards naar de lening. De lening loopt af eind december 2016 maar als we dit kunnen vervroegen dan zou dit erg prettig zijn. 

En zo hebben we avonden zitten praten hoe we er samen het beste uit kunnen komen in het ergste geval. Toch blijft het gevoel alsof er een baksteen op mijn maag ligt bestaan en zitten de tranen erg hoog. Ik voel me weer ontzettend opgejaagd en paniekerig. Het lijkt wel alsof ik weer bij het zelfde moment/ gevoel ben toen ik thuis kwam zitten. Ik probeer positief te blijven maar het is moeilijk. Ik zit nu weer in de overlevingsmodus en alle zenuwen staan daardoor op extra scherp. We zullen er echter door heen moeten en hopelijk valt het achteraf allemaal mee en was de paniek voor niks. 

donderdag 26 maart 2015

Harder dan ik hebben kan

De laatste week is er veel gebeurd meer dan ik emotioneel aan kan op dit moment. Toen ik gisteren terug reed naar huis na mijn gesprek met de psychologe hoorde ik een liedje Harder dan ik hebben kan van Blof op de radio. De woorden kwamen keihard bij mij binnen. Voor het geval je ze niet niet kent, het gaat als volgt.

Het regent harder dan ik hebben kan, Harder dan ik drinken kan. 
Het regent harder dan de grond aan kan, Harder dan ik hebben kan.

Het wanhopige gevoel van het niet meer aan kunnen, dat de grond onder je vandaan wordt getrokken en dat je verzuipt. Dat gevoel overheerst momenteel. Ik vind het even moeilijk om de positieve kant van dingen nog te zien. Dit allemaal omdat ik dinsdag een gesprek heb gehad met de arbeidsdeskundige.

Hij had eerst een uur met mijn manager gesproken. Vervolgens was ik aan de buurt. Het viel mij bij binnenkomst al op dat hij naar zijn smartphone aan het kijken was terwijl de dame van HR nog met hem aan het praten was. Ik vind dat niet beleefd en dan druk ik me nog netjes uit.  De telefoon werd echter weg gelegd en het gesprek begon met elkaar voor te stellen. Hij waarschuwde al dat hij heel direct kon zijn. Nu vind ik al snel dat mensen dat al excuus gebruiken om ongeneerd te kunnen zeggen wat ze willen en daarmee tevens soms ook ronduit de gevoelens van een ander negeren. Ik voelde me niet heel erg op mijn gemak dus keek ik hem niet aan. Daar werd ik dus op aangesproken. Hij vond het vervelend. Het bracht mij van mijn stuk maar tegelijkertijd bracht het me ook de kracht die ik nodig had om het gesprek goed door te komen. Nadat ik mij meer openstelde, zag hij mijn kwetsbaarbeid en vond hij mij tegelijkertijd ontwapend en heel integer. Hij concludeerder echter dat hij eerder vond dat er een arbeidsconflict was dan dat ik ziek was. De burn-out was volgens hem een bijkomstigheid maar niet de daadwerkelijke oorzaak. Nu is burn-out ook maar een labeltje maar ik heb wel de diagnose van lichte depressie die ook heeft geleid tot fysieke klachten. Nu begrijp ik ook dat mentale klachten moeilijker te kwantificeren zijn maar ze zijn er bij mij wel degelijk. Deze klachten komen voort uit een verkeerde (ziekmakende) omgeving in combinatie van mijn karakter. Mijn manager had aangegeven dat ik erg introvert ben, een muur om me heen trek, gereserveerd en slecht benaderbaar ben voor collega's. Ook had ik een onrealistische kijk op wat ik kon. Ik was dan wel een uitstekende specialist maar het ontbrak ook aan specifieke vakkennis. Het zou dus beter zijn als ik verder ging binnen mijn specialisme want daar was niemand zo sterk in als ik. Conclusie was dat ook al kan ik mijn huidige werkplek claimen, het beter voor mij (en de afdeling) is dat ik elders ga reintegreren. Op mijn huidige werkplek zou ik nooit een eerlijke kans meer krijgen omdat mijn collega's vooringenomen zijn. Ik heb dus een nieuwe start nodig. Deels kan ik me daar ook in vinden want ik voel slechts een heel intens verdriet als ik aan mijn afdeling terug denk. Ik weet diep in mijn hart dat als ik daar zou terug keren dat ik vele malen zieker zouden fysiek en/ of mentaal. Toen kwamen de mogelijkheden naar voren: ik zou me kunnen laten uitkopen; ik zou kunnen reintegreren voor 3-6 maanden en daarna een outplacement traject in gaan; beiden trajecten zouden kunnen worden gecombineerd of ik ga meteen een outplacement traject in. Inzet zou worden eerst reintegreren en dan outplacement. Ik werd gewaarschuwd dat de werkgever daar niet mee akkoord hoefde te gaan. Dit alles hoorde ik aan binnen een tijdsbestek van anderhalf uur. Dat is heel veel om te bevatten en te verwerken. Ik werd heen en weer geslingerd van de ene emotie naar de andere. Niet wetend wat ik ervan moest denken en wat ik moest doen. Ik voelde me miskend en onbegrepen. 

Na mijn gesprek met de arbeidsdeskudige schoof mijn manager aan. In het kort werden de conclusie en advies door besproken. We verlieten de ruimte met de afspraak dat ik eerst zou reintegreren om daarna een outplacement traject in te gaan. HR wilde het traject combineren maar ik gaf aan dat ik dit niet aan kan en wil. Mijn manager voelde zich ongemakkelijk. Het was duidelijk dat hij niet zo goed wist wat hij met de situatie aan moest. Ik zat er verslagen bij. Ook ik wist niet zo goed meer wat ik ervan moest denken. 

Eenmaal naar huis rijdend en thuis, overviel een heel groot verdriet mij. Het ziet er ineens allemaal zo onzeker uit. Er is binnen mijn bedrijf momenteel geen mogelijkheid om na reintegratie te blijven. Dat kan veranderen maar die garantie is er niet noch is het zeker of ze mij dan die functie willen aanbieden. Het voelt alsof ik al met een voet buiten de deur sta. Outplacement heeft ook consequenties voor mogelijk recht op een uitkering. Het kan zijn dat mocht ik niks vinden, ik misschien linae recta de bijstand in ga over iets minder dan een jaar. Dat is funest vooral als je een eigen huis en schulden hebt. Het hoeft niet te gebeuren maar het kan wel. Je kunt dan wel zeggen niet doemdenken maar ik vind dat je wel de consequenties moet overzien. Het is een onzekere periode. En ik kan heel slecht tegen onzekerheid. Dat vreet me van binnen op. De tranen zitten dus heel erg hoog.

Ik overweeg om juridisch advies in te winnen. Ik teken in ieder geval niets totdat ik precies weet waarvoor ik teken. Ik wil ook nergens verder over beslissen totdat ik volledig ben gereintegreerd. Volgende week zie ik weer de bedrijfsarts. Misschien moet ik maar gewoon een kopietje van dit blogje meenemen zodat hij ziet wat het me doet. 

En dan had ik gisteren ook nog een gesprek met de pedagoge. Gelukkig was dit slechts een intake en ging ze dieper in op onze antwoorden van de vragenlijst. School had teleurstellend genoeg niet op tijd hun deel toegestuurd. Dus was het beeld niet compleet. Afspraak is nu dat de pedagoge dochter op school gaat observeren. Morgen spreken we zelf de directrice. 

Het is heel veel om te behappen. Te veel eigenlijk. En ik kijk met een ongerust hart naar de toekomst......

dinsdag 24 maart 2015

Anders zijn

Mijn hele leven heb ik mij anders gevoeld. Vaak voelde ik alsof ik als onder een groep mensen was, dat ik ze aan het observeren was maar dat ik daar geen onderdeel van was. Heel soms kwam ik iemand tegen in mijn leven waar ik mij wel mee verbonden voelde. Dat waren of zijn vaak mensen die buiten de gebaande banen durven te denken en te leven. Mensen die dus een eigen weg durven te kiezen. Mensen waar ik me prettig bij voel.
Zo koester ik nog steeds de zwoele zomeravonden die ik met een vriend doorbracht op zijn dakterras in Amsterdam. Verscholen achter de daken in het zonnetje zagen we het leven aan ons voorbij schuiven, terwijl wij met een glasje wijn hele gesprekken hadden over het leven. Hij had de unieke gave om ieder mens te accepteren voor wie ze waren. Een gave die ik bewonder en waardeer omdat meestal mensen moeite hebben met afwijkend gedrag. Voldoe je namelijk niet aan een bepaald beeld of val je niet in een bepaald hokje dan vinden veel mensen dat moeilijk of zelfs eng. Vaak vermijden ze je dan of je wordt met reserve geobserveerd.

Vanaf kinds af aan, was ik anders. Men ouders gingen begin jaren 70 scheiden en mijn vader werd elke omgang met mij verboden door de rechter. Hij vond dat prima. Als hummeltje van 2 jaar groeide ik dus alleen op met mijn moeder daar waar het toendertijd toch nog vooral de norm was om als kind in een gezin met twee ouders op te groeien en waar de moeder vaak thuis bleef. Erger nog in de begin jaren 70 werd de vrouw ontslagen zodra ze was bevallen. Iets waar je nu je bijna niets bij kunt voorstellen. Mijn moeder ging toen ik 4 jaar was weer werken en tegelijkertijd studeren. Zo kwam het dat ik als kleuter naar de opvang ging. Deze opvang was vooral gericht op moeders die nergens meer terecht konden. Het was een soort blijf van lijf-huis die ook opvang bod aan kinderen buiten dit huis. De opvang was weinig liefdevol. Ik denk nu nog met afgrijzen terug aan de aardappels in mijn soep omdat ik niet snel genoeg mijn eten op had. Ook daar kun je je niets meer bij voorstellen. Gelukkig had ik een hele lieve moeder die ervoor zorgde dat ik qua liefde en aandacht niets te kort kwam. Ook had ik een lieve familie waar ik regelmatig ging logeren. Toch merkte ik vaak dat mensen in mijn omgeving een soort van medelijden hadden met mij. Het leek net of ze mijn afwezige vader probeerde te compenseren. Het rare is dat ik nooit mijn vader heb gemist. Voor mij is het niet anders dan dat ik een lieve moeder heb en ik heb nu eenmaal geen vader in mijn leven. Het lijkt alsof anderen daar meer moeite mee hebben dan ik. Waarschijnlijk omdat zij wel een vader hebben en ze zich dus niet een leven zonder kunnen voorstellen. Dat is mooi maar het kan ook anders en ook ik kan een mooi en tevreden leven zonder vader.

Toen ik eenmaal op de middelbare school kwam, leerde ik een aantal kinderen kennen waarvan de ouders ook waren gescheiden of waarvan er een was overleden. Wij vormden een hecht groepje. We begrepen elkaar op een of andere manier. Toen mijn moeder hertrouwde, was ik weer even erg interessent. Vooral omdat ik er ontzettend veel moeite mee had. Ik zat zelf midden in de pubertijd, worstelde met mijn eigen verliefde gevoelens en jongens en dan is het moeilijk om ineens een extra persoon in je leven te hebben. Ik kon dan ook niet met hem opschieten. Tot aan zijn dood heb ik hem nooit echt willen accepteren en was het meer toleren. 
Mijn vriendinnenclubje van gebroken gezinnen viel ook langzaam uit elkaar. De een ging naar een andere school, de ander bleef zitten en de ander vond weer andere vriendinnen. De laatste jaren op de middelbare school was ik dus een outsider. Ik hoorde nergens echt bij. Iedereen vond mij wel aardig maar daar was dan ook alles mee gezegd. Ik zwierf dus van groepje naar groepje of las een boek tijdens de pauzes. Op een bepaald moment mocht ook iedereen uit en ik moest thuis blijven. Ik had het gevoel dat mijn leven stil stond terwijl anderen in het weekend konden feesten en vriendjes hadden. Eenmaal geslaagd, ging ik dus ook meteen het huis uit. Ik heb een tijdje als au-pair gewerkt en daarna ben ik gaan studeren. Tijdens het eerste jaar van mijn studie ontmoette ik ook mijn man. En ook daar kwam een berg kritiek op. Wat moest ik met een buitenlander? Was een Nederlandse jongen niet goed genoeg? Hoe meer kritiek, hoe meer wij naar elkaar toe groeide. Tegen de tijd dat hij dus naar de USA vertrok om te studeren, hadden wij een ijzersterke relatie. De rest van mijn studie heeft bestaan uit studeren en werken. Werken om bij mijn vriend te kunnen zijn die aan de andere kant van de wereld woonde. Veel mensen hadden een enorm respect voor mij (ons) dat we zo knokte voor onze relatie en dat deze op zo'n grote afstand stand hield. Anderen begrepen er niets van en vonden dat ik mijn leven onnodig ingewikkeld maakten. Het heeft uiteindelijk zo'n 5 jaar geduurd voordat we die afstand konden overbruggen. Een echte studententijd heb ik dus niet gehad. Toch heb ik daar geen moment spijt van gehad. Het werken in de horeca heeft mij zo veel van het leven en de mensen geleerd. Dat zou ik voor mijn geen goud willen missen.

Toen we eenmaal samenwoonde, trouwde iedereen om ons heen en kregen kinderen. Getrouwd zijn we nooit en het heeft lang geduurd voordat onze dochter werd geboren. Hieraan is een lange tijd van ziekte en miskramen aan vooraf gegaan. Iets wat je niet loopt te adverteren, als iemand weer eens vroeg wanneer wij nu eens aan kinderen zouden beginnen. Het was namelijk overduidelijk dat ik heel graag een kind wilde. Alleen snap ik nog steeds niet waarom mensen zoiets persoonlijks vragen. Je weet namelijk niet wat zo'n vraag losmaakt aan onderliggende pijn en verdriet. Toen onze dochter was geboren, had ik een baby en de meeste kennissen puberkinderen. Werd ik eerst uitgesloten omdat het niet leuk was om continue al dat baby-gepraat aan te horen, nu was het omdat ik in een hele andere fase was in mijn leven. Ik voelde me buitengesloten. Het zou aan mij moeten zijn of ik daar onderdeel van uit wil maken. Niet een ander hoeft dit voor mij dit te beslissen.

Op mijn huidige werk voel ik ook geen aansluiting. De eerste 2 jaar werkte ik in een team met bijna alleen maar mannen. Dat was een gezellige tijd. Nu nog spreek ik ze regelmatig en voel ik me op mijn gemak bij ze. Echter na die 2 jaar werd ik gevraagd om op een andere afdeling te komen werken. Ik weet niet wat het is maar ik heb mij er nooit echt thuis gevoeld. Had ik bij mijn oude werkgevers, altijd wel een paar mensen waar ik het goed mee kon vinden. Hier heb ik eigenlijk niemand waar ik een klik mee heb. De enige waar mee ik het goed kon vinden, was een stagiare. Alleen was deze man te eigenzinnig voor de anderen. Iedereen was blij dat hij weg ging. Ik vond het heel jammer en voelde het als een gemis. 

Het lijkt een soort rode draad in mijn leven te zijn: anders voelen en buiten de groep staan. Ik voel vaak alsof ik niet wordt begrepen. Nu ik weet dat ik een HSP-er ben, vallen er wel puzzelstukjes op zijn plaats. Toch ga ik meestal mijn eigen weg en koester ik die paar mensen waar ik me wel verbonden mee voel. Toch doet het soms ook pijn want waarom kunnen mensen elkaar gewoon niet accepteren om wie ze zijn. Ik geloof dat ieder mens mooi en uniek is in zijn eigen soort. Iets wat we moeten koesteren. 

vrijdag 20 maart 2015

Antwoord op heb ik de baan?

Gisterenmiddag kwam dan eindelijk het bevrijdende telefoontje uit Zwitserland. Alleen mijn telefoon lag beneden dus tegen de tijd dat ik het kon oppakken, was ik te laat. Ik heb geprobeerd terug te bellen maar kreeg direct een voicemail. Er schoot van alles door mijn hoofd. Is het positief als ze je persoonlijk terug bellen of betekent dit niks? Uiteidelijk keek ik in mijn email en daar was dan het emailtje met het antwoord. Ik heb de baan niet gekregen omdat ze meenden dat ik niet voldoende inhoudelijk kennis had op een specifiek aandachtsgebied. Andere kandidaten waren daarin wel meer gespecialiseerd dus hadden ze besloten om met hen verder te gaan. 

Uiteraard ben ik teleurgesteld. Blijkbaar heb ik de situatie verkeerd ingeschat. Ook hadden ze die conclusie op basis van mijn c.v. al kunnen maken. Ik beweer namelijk nergens dat ik expert op dit vakgebied ben. Ik heb er wel kennis van maar ik ben ergens anders in gespecialiseerd. Wel willen ze mij graag in hun bestand houden, mocht een beter passende functie naar voren komen. Alleen dat heb ik zo vaak gehoord dat ik daar niet meer zo in geloof. 

Ik had gedacht dat het als een enorme klap zou komen. Ik voelde echter een bepaalde rust en ook opluchting over me heen komen. Ik kan nu weer verder en ik hoef mijn leven niet helemaal omver te gooien de komende tijd. Ik mag in alle rust verder herstellen. Ik mag me concentreren op mijn dochter want zij heeft na alle perikelen op school nu mijn voornaamste aandacht. De afwijzing is dus minder erg dan ik had gedacht.

Gisteren heb ik ook nog een gesprek gehad met de bedrijfsarts. Ik krijg nog ruim drie weken thuis voordat er uberhaupt over werk weer wordt gesproken. Hij wil graag het advies van de externe arbeidsdeskundige afwachten. Ik zie hem volgende week. De bedrijfsarts bereidde me er al wel op voor dat hij gelooft dat het advies zal zijn om nooit meer terug te gaan naar mijn huidige afdeling en om elders binnen het bedrijf te reintegreren en nadien ook te blijven. Het is best heftig maar tegelijkertijd heb ik er ook vrede mee. Als ik aan mijn huidige afdeling terug denk dan voel ik alleen maar intens verdriet. Het gevoel dat ik daar niet thuis hoor noch ooit zal thuis horen overheerst in mij. Dat gevoel moet ik niet negeren. Ik wil eigenlijk alleen nog maar vooruit kijken en plaats maken voor een positieve werkervaring. Hopelijk vind ik het werkplezier weer in mijn reintegratietraject. Al vind ik het ook wel weer eng omdat ik weet dat dit geen permanente plaats zal zijn. Dus wat als het weer goed met mij gaat? Onzekerheid vind ik moeilijk omdat er financieel zo veel op het spel staat. Toch probeer ik er vertrouwen in te hebben want ook ik heb recht op en verdien een goede werkplek. Of dit bij mijn huidige of een nieuwe werkgever zal zijn, zal slechts de toekomst leren. Ik weet in ieder geval dankzij mijn burn-out nu wel wat ik wel en niet wil. Dat is heel waardevol. Nu maar hopen dat zich dat ook in een concrete baan vertaalt die bij mij past. 

donderdag 19 maart 2015

Vervolg op schoolgesprek

De laatste twee dagen hebben in het teken gestaan van het gesprek op school. Na de initiële teleurstelling en verdriet werd ik erg strijdvaardig. Ik klom dus de barricades op om de belangen en de rechten van mijn dochter zo goed mogelijk te vertegenwoordigen. 

Dinsdagochtend sprak ik de juf aan met het verzoek om in de middag nog iets kort met haar na te bespreken. Ze bracht in dat ze ook de andere oudergesprekken had maar iets in mijn houding maakte wel duidelijk dat ze maar beter 5 minuten vrij kon maken om mij aan te horen. Dus we spraken af dat ik direct na schooltijd even langs zou komen. Eenmaal thuis heb ik meteen de pedagoge gebeld.  Ze begreep heel goed waar onze zorgen lagen. Uiteindelijk heb ik bijna een uur met haar gesproken en een afspraak met haar gemaakt voor volgende week voor een intake-gesprek. Echter hiervoor moeten wij als ouders maar ook de school formulieren invullen. We kwamen dus weer uit bij de juf. Intussen moest ik ook nog naar mijn werk om de mogelijkheden tot reintegratie te bespreken met een manager op zijn afdeling. Laten we het erop houden dat ik er fysiek wel was maar dat ik mentaal heel ergens anders was. Eenmaal thuis kon ik nog snel wat eten om meteen door te gaan naar school. Toen ik dochterlief van een afstandje met de NSO zag weggaan, ben ik naar de juf gegaan. Ik heb haar verteld hoe wij het gesprek hebben ervaren en dat we ook besloten hebben om niet gebruik te maken van de hulp die de school aanbiedt omdat wij primair de verantwoordelijkheid over de zorg en welzijn over onze dochter dragen maar ook omdat wij in control willen zijn over het traject dat we nu opstarten. Dat begreep ze. Ze vond het in eerste instantie moeilijk om te accepteren dat wij het zo negatief hadden ervaren maar uiteindelijk bod ze haar verontschuldigingen aan. Ze deed daarna nog een halfslachtige poging om iets postiefs te zeggen over onze dochter. Alleen was dat voor mij eigenlijk te laat. Het was nu te gezocht. We namen afscheid met de belofte dat zij er alles aan zou doen dat de vragenlijst voor school op tijd bij het bureau zou zijn. So far so good. Die dag heb ik ook nog een afspraak met de directrice gemaakt want ik wil dit hele gebeuren wel onder haar aandacht brengen.

De volgende dag werd ik door de andere juf aangesproken in een volle klas met ouders en kinderen. Nu is dat voor mij niet de omgeving om zoiets te bespreken. Bovendien was ik er wel klaar mee om het nogmaals te herhalen. Dus ik heb het gesprek onmiddelllijk afgekapt en haar voor feedback doorverwezen naar de andere juf. Manlief was nadien supertrots op mij want vroeger had ik dit nooit gedaan en had ik het haar ook nog eens uitgelegd. Dus schouderklapje voor mezelf.

Vandaag belde ook de logopediste terug. Ze gaf me haar bevindingen die mij wel enigszins geruststelde. Uit haar testen komt naar voren dat dochterlief gemiddeld scoort op taalbegrip en taalvorming. Zij denkt dat het vooral concentratie en deels gedrag (eigenzinnig en speels) is bij dochter waardoor ze niet goed presteert bij de cito-toets. Ze had al meteen een paar goede suggesties waarbij je dan meteen denkt: waarom heeft school daar niet aan gedacht. Ze wil dochter nog een keer testen op taalbegrip maar ze vermoedt dat er dan dezelfde score van gemiddeld uit komt. Ook was ze bereid om mee te werken aan het traject. Dat voelde meteen een stuk positiever en cooperatiever dan school.

Inmiddels hebben manlief en ik de afgelopen dagen het hier vaak over gehad. Manlief heeft geen goed gevoel meer bij de school. Ik twijfel nog al is het vertrouwen wel zwaar beschadigd. We hebben al wel gekeken naar andere scholen. In de nabijheid is er een Montesorri-school en een Dalton-school. We willen daar als de testresultaten en advies binnen zijn, gaan kijken. Vervolgens maken we een goede afweging wat het beste is voor dochterlief. 

Ondanks dat we dus er alles aan doen om dit in goede banen te leiden, voelen we ons nog steeds heel verdrietig. Het heeft tijd nodig voordat dit gevoel wegebt. Het allerbelangrijkste vinden we dat onze dochter een gelukkig meisje is die zich prettig op school voelt. Of dit nu met 10-en of met 5-en en 6-en is, dat maakt niet uit. Haar geluk en plezier staan voorop. 

maandag 16 maart 2015

Een katergevoel na het schoolgesprek

Vandaag hadden we het gesprek op school. Manlief kwam ook mee omdat de moeder van een vriendinnetje spontaan had aangeboden dat dochterlief bij haar thuis kon spelen. Dus daar zaten we dan met zijn tweetjes. 

Mijn voorgevoel was juist. De twee juffen zaten daar samen omdat ze blijkbaar niet alleen de slechte boodschap wilden brengen. Het gesprek begon al meteen bijzonder. Of onze dochter het wel naar haar zin had op school? Dat konden we alleen maar beamen. Ze gaat met veel plezier naar school. Om het in haar woorden te zeggen: dan zie ik mijn vriendjes weer. Ze hadden ook opgemerkt dat ze schrikachtig was de laatste tijd. Dat zaggen wij ook. De laatste tijd is ze erg bang voor alles wat donker en griezelig eruit ziet. Een paar maanden geleden had ze nog nergens last van en keek ze rustig naar spoken en monsters op tv maar nu kruipt ze ervoor weg. Ze leeft dus nu vooral in een elfjes en prinsessen-wereld waar alles mooi en lieflijk is. Wij denken dat dit komt omdat ze zich realiseert dat monsters en andere enge figuren kwaad symboliseren en dat zij nu het besef aan het creëren is wat dit inhoudt. Toen kwam er een rare vraag: of ze problemen had met fysiek contact zoals aanraken en knuffelen? Nu is dochterlief een enorme knuffel en een aanhankelijk meisje bij mijn man en mij maar voor de rest wil ze niet dat iemand haar aanraakt. Wij hebben haar geleerd dat zij zelf bepaalt wie haar mag aanraken en dat als iemand dat tegen haar zin doet, ze duidelijk mag maken dat ze dat niet fijn vindt. Ik zie daar niks verkeerds mee. Zelf heb ik er meer moeite mee als kinderen bij iedereen zo maar op schoot kruipen. De juffen keken ons een beetje glazig aan. Ze vonden het, denk ik, een beetje ver gaan. Ook hadden de dames er moeite mee dat ik dochterlief niet naar de schoolarts had laten gaan en dat zij daardoor ook geen input hadden mogen geven. Ik heb zo mijn redenen om dochterlief niet naar de schoolarts te gaan. Bovendien het is niet verplicht.

En toen kwam dus de bom: dochterlief had voor de tweede keer ontzettend slecht gescoord op de cito test. Ze hadden verwacht dat ze deze keer beter zou doen dan de vorige keer omdat ze nu ook logopedie krijgt en haar spraak goed was verbeterd. Kortom groep 3 vonden ze geen optie gezien de resultaten en daar hadden wij verder niks over mee te beslissen. We hebben maar een snelle blik op de testen kunnen werpen. Wat opvalt is dat ze in het begin het best aardig doet maar dat ze op het einde er een rommeltje van maakt. Zij wijten dat aan haar concentratievermogen. Dochterlief is namelijk snel afgeleid. Ze is ook meer bezig met wat de andere kinderen doen dan met haar eigen werkje. Ze kan oprecht heel bezorgd zijn als er iets mis gaat bij de andere kinderen. Ze hebben haar een paar keer in een rustiger hoekje gezet en dan deed ze het wel beter. Ik heb mijn vermoedens dat dochterlief ook hooggevoelig is. Ik heb dat proberen te bespreken maar ik werd aangekeken alsof ik een heel slecht excuus aandroeg. 
Vervolgens kregen we te horen dat ze meer tijd met haar moeten doorbrengen om haar iets te leren dan met andere kinderen. Nog wil het ze dan niet lukken om dochterlief het geleeerde over te brengen. Dit komt deels omdat ze zich laat afleiden en deels weten ze niet waar het aan ligt. Het kwam erop neer dat ze niet zo goed meer weten hoe ze haar iets moeten leren of bij haar moeten doordringen. Dat was een klap in ons gezicht. Ben je als lerares daar namelijk nou net niet voor opgeleid? Ze willen haar dus laten observeren om te horen van een derde-juf hoe ze nu verder moeten met dochterlief. 

Als klap op de vuurpeil vonden ze ook dat ze sociaal emotioneel achterliep. Ze klampt zich te veel vast aan een vriendinnetje. De moeder van dat meisje had hier hierover haar beklag gedaan bij de juffen. Ik zat met stomme verbazing dit aan te horen want dochterlief had daar vorige week nog gespeeld. Ook heeft ze volgens de juffen moeite om te accepteren als dingen niet op haar manier gaan of als een kindje niet met haar wil spelen. Deels herken ik dat wel. Dochterlief heeft een sterk karakter en weet precies wat ze wil. Ze kan dus vrij dominant zijn. Ze paste zich volgens de juffen dus niet goed aan aan de groepdynamiek. 

We namen afscheid met de afspraak dat dochterlief geobserveerd gaat worden. Toen ik zie dat ze altijd contact mochten zoeken met de logopediste, kreeg ik nog een sneer na van ooh dat mag wel. Manlief en ik gingen weg met een rotgevoel. Er was namelijk niets positiefs gezegd. Dat vinden we beiden heel erg triest. Dochterlief doet namelijk ook dingen goed en daar zou ook aandacht voor moeten zijn. Het lijkt nu net of ze in het probleemhoekje wordt geschoven en daar is dan ook alles mee gezegd. 

Het frappante is dat dochterlief thuis heel ander gedrag vertoond. Ze loopt dan te rijmen en te tellen, ze schrijft woordjes en letters, ze doet simpele rekensommetjes, ze heeft hele verhalen en zingt liedjes. Manlief en ik herkennen ons meisje dus bijna niet in het meisje op school. Het is niet dat we in een soort van ontkenning zitten maar we zijn bang dat er iets is wat haar blokkeert in haar voortgang op school. Er is iets maar wat? Is het de onderwijsmethode, de leraren, de drukte of iets anders? Belemmert haar spraakstoornis haar in het opnemen van bepaalde dingen? Is ze overprikkelt? We hebben dus heel veel vragen. We hebben daarom ook besloten om extern advies in te winnen. We willen weten wat er aan de hand is met onze lieve meisje. We zien af van de observatie in de klas van een andere juf. We willen een objectieve mening zonder de stempel van school. Uiteraard mogen de juffen ook hun input geven om een volledig beeld te geven. Ook heb ik contact gezocht met de logopediste om haar mening te horen of dit wellicht te maken heeft met de spraakstoornis van onze dochter. 
Toch spelen we met de gedachte om op zoek te gaan naar een andere school. We hebben er niet veel vertrouwen meer in dat ze daar het juiste onderwijs krijgt na de opmerking van we weten ook niet meer hoe we haar moeten onderwijzen. Misschien is de school en haar methodes niet passend voor onze dochter.

Kortom we hebben er een zorg erbij. Tegelijkertijd maakt me dat ook heel strijdvaardig want ik wil het allerbeste voor mijn meisje. Alleen we moeten het eerst even verwerken want nu zijn we eigenlijk intens verdrietig over wat we hebben gehoord. Het gaf ons beiden het gevoel alsof we niks goed hebben gedaan als ouders. En dat is ronduit K*#*T.

Genoeg

De afgelopen week was ik moe, intens moe. De hele dag had ik het gevoel alsof ik half slapend de dag doorbracht en voelde ik elke spier en zenuw in mijn lijf. Alleen daar word je al moe van. Ik gooide dus mijn ambitieuze plannen opzij om het huis schoon te maken en probeerde zo goed mogelijk naar mijn lijf te luisteren. Dus deed ik vooral heel erg weinig tot niks en probeerde ik op tijd naar bed te gaan in de hoop dat ik me wat fitter ging voelen. Je zou zeggen: het ideale recept om weer op te knappen. Niet dus. Naarmate de week vorderde, stortte ik verder in. Ik voelde me weer opgejaagd en geirriteerd. Het ging dus duidelijk niet goed. 

Dus ging ik bij mezelf te rade waardoor dit nu kwam. Het tripje naar Zwitserland had erin gehaakt. Maar daar heeft een lijf toch niet meer dan een week voor nodig om te herstellen? Toch stak de twijfel op. Loop ik mezelf niet enorm voorbij? Leg ik de lat niet te hoog? Moet ik niet meer aan mezelf gaan denken en aan mijn herstel dan bijna wanhopig naar oplossingen voor mijn werksituatie te zoeken? Dus ik besloot voor mezelf dat mocht Zwitserland niet doorgaan, dat ik het solliciteren op een bijzonder laag pitje ga zetten. Ik wil me eerst concentreren op een volledig herstel en daarna na een andere baan op zoek. Mocht Zwitserland wel doorgaan dan zal ik moeten doseren. Dus dat zal inhouden, concentreren op een verhuizing met een duidelijk stappenplan en de taken tussen ons verdelen. Als ik eenmaal werk, dan de rust opzoeken tijdens de lunch, duidelijk grenzen afbakenen en 's avonds op tijd naar bed. Slechst als ik me daar strict aanhoudt, zie ik het lukken. Want wat ik wel heb geleerd is dat mijn lijf en geest heel veel rust nodig hebben om alle prikkels van de dag te verwerken. 

Nu heb ik ook de neiging om als ik moe ben al snel naar zoete dingen te grijpen. De laatste tijd ontdek ik dat ik me steeds slechter voel nadien. Dus nadat ik donderdag weer een suikerdip had, besloot ik om suiker sterk te minderen en waar mogelijk zelfs te vermijden. Ik ben vrijdag begonnen. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken. Ik hoop alleen wel op het gewenste effect. Een zelfde soort reactie heb ik als een keer chips eet. Dus ook dat gaat op de zwarte lijst. Koffie heeft ook niet een hele goede uitwerking op mijn lijf. Nu at ik altijd iets zoets bij mijn koffie dus ik wil het eerst zonder dat koekje of stukje chocola proberen. Mocht dat toch ook niet helpen dan ga ik ook geen koffie meer drinken (slik). 

Met aanpassingen in mijn voedingspatroon probeer ik dus weer fitter te worden. Naast de aanpassingen neem ik ook weer extra vitaminen. Bij stress moet je vooral magnesium, B5, B6 en C innemen. Dus ook daar ben ik dit weekend weer mee begonnen. Gelukkig had manlief nog ergens in de kast een potje staan dus kan ik deze eerst opmaken. 

Nu maar hopen dat vroeger naar bed, beter eten en vitaminen helpen want ik verlang zo weer naar een fit lijf.

woensdag 11 maart 2015

Een interessante ochtend

Vanochtend werd ik aangesproken door de juf van dochterlief. Volgende week heb ik een gesprek over de voortgang op school. Ze wilde graag bij het gesprek aanwezig zijn die ik met de andere juf had dus of ik ook maandag zou kunnen. In eerste instantie zag ik niet in waarom niet dus ik stemde ermee in. Eenmaal thuis dacht ik er nog eens over na. Het is niet gebruikelijk dat zij bij dit soort gesprekken aanwezig is. Ze laat dit meestal over aan de andere juf. Waarom wil zij dan zo graag hier nu wel bij aanwezig zijn? Hebben ze slecht nieuws en wil de juf graag de steun hebben van de andere juf? Of zoek ik er weer te veel achter? Vorig jaar is er kort even gesproken over een jaar extra kleuteren omdat dochterlief toen wat meer hulp nodig had met taal. Dit was deels gerelateerd aan haar functionele spraakstoornis. Inmiddels maakt ze dankzij logopedie daar ontzettende goede sprongen in. Ze gaat zelfs zo goed vooruit dat de logopediste positief verrast is. Het enige wat ik me kan bedenken is dat dochterlief het moeilijk vindt om zich te concentreren. Ze is altijd erg bezig met waar de andere kinderen mee bezig zijn.  Ze is bezorgd dat het hen wel goed afgaat. Alleen dit gaat ten koste van haar werkjes. Zet je haar in een stil hoekje dan werkt ze wel geconcentreerd en doet ze haar werkje feilloos. Ik herken haar gedrag. Ik was vroeger precies hetzelfde. Achteraf gezien was ik ook een enorme onderpresteerder. Ik moest altijd alles meteen goed doen en begrijpen. Ik kon daardoor voor nieuwe dingen helemaal dicht klappen vooral als het dan ook nog eens de eerste keer niet meteen oed ging. Nam je echter de tijd voor mij dan kreeg ik vertrouwen en dan bleek dat voldoende stimulans om me er wel toe te zetten en het ook goed te doen. Toch heeft dit gedrag me altijd in de weg gezeten. Onder het mom van  ik kan het toch niet ging ik vaak veel te laat studeren voor examens waardoor ik het inderdaad niet haalde. Dit bevestigde dan weer dat ik het inderdaad niet kon. Het heeft veel leraren en professoren gefrustreerd omdat ze wel het potentieel in mij zaggen. Ik kon alleen de spiraal niet doorbreken. Nog worstel ik er mee want op werk wil ik altijd alles het beste doen. Ik wil bewonderd worden om mijn kennis. Recent vertelde iemand mij dat ze mijn kennis zo enorm respecteerde. Ik luisterde het met verbazing aan. Mijn laag zelfbeeld is dus vaak mijn ergste vijand. Helaas zie ik dit ook in mijn dochter terug. Ik probeer haar meer vertrouwen te geven maar ze heeft een enorm wantrouwen voor nieuwe dingen. Ze moet het eerst observeren en daarna wil ze het op haar manier proberen en uiteraard ook de beste erin zijn. Hoe confronterend kan een spiegel zijn die je kind je voorhoudt? Verwachting is dus dat het op school hierover zal gaan. Het zou mij in ieder geval niet verbazen. Het is moeilijk om tot maandag te wachten want het zal me de komende dagen enorm bezig houden. Simpelweg omdat ik niet dingen makkelijk langs me neer kan leggen. 

Ook werd ik vanochtend door de buurvrouw 2 aangesproken. Of ik het al had gehoord?  Nu ga ik mijn eigen gang dus ik hoor bitter weinig wat er in de buurt gebeurt. Ze vertelde mij dat ze ging verhuizen en dat mijn andere buren 1 in hun huis zouden trekken. Hun huis is namelijk iets groter, heeft een garage, een uitbouw en een verbouwde zolder. Het huis van buren 1 stond al een paar weken te koop. Dus ik wist dat er op termijn dus een verhuizing aan stond te kopen. En toen gebeurde er iets raars: ik was teleurgesteld om te horen dat buren 1 niet definitief uit de straat vertrekken. Tegelijkertijd voelde ik me ook schuldig dat ik zo kon denken. Ik heb op zich namelijk geen last van buren 1 maar ik heb ook absoluut niets met hen. We hebben beiden een kind in dezelfde leeftijd. In het begin was dat een bindende factor maar langzaam kwamen we er achter dat we beiden heel anders tegen dingen aan kijken. Daar waar ik mensen in hun waarde laat en ze hun eigen leven laat leiden, liet vooral buurvrouw duidelijk merken dat ze het niet eens was met onze zienswijze. Dochterlief en buurjongetje konden het ook steeds minder goed met elkaar vinden dus de verhouding bekoelde. We zeggen elkaar beleefd gedag maar daar is ook alles mee gezegd. Dochterlief is zelf radicaler: ze zegt niet eens gedag meer tegen buurjongetje ondanks dat ik haar wel vraag dit te doen uit beleefdheid. Dus stiekem vond ik het niet heel erg dat ze zouden gaan verhuizen. Alleen had ik dus nooit gedacht dat het twee deuren verder is. Wel vind ik het jammer dat buren 2 vertrekken. Ik mocht ze wel.  

Nadat al dit nieuws een beetje was bezonken, keek ik eens naar mijn email. En wat blijkt? Ik krijg geld terug van het gas en de electriciteit. Het gaat om iets meer dan EUR250. Ik ben daar heel blij mee. Kan ik mooi weer extra mee aflossen. 

Het was al met al een interessante ochtend.

dinsdag 10 maart 2015

Gedachten en plannen bij een eventuele emigratie

Gerda vroeg gisteren terecht of ik een mogelijke emigratie momenteel wel aan kan naast ook de uitdaging van een nieuwe baan. Dat is een hele goede vraag waar ik voordat ik solliciteerde over heb nagedacht. De reden waarom ik uberhaupt ben gaan solliciteren, is dat het mij beter mij lijkt om niet meer te terug te keren naar mijn oude werkplek. Ik voel me niet prettig in het team. Bovendien kleeft er een soort "smet" op de werkplek. Het is daar waar de burn-out is ontstaan. Het is op een of andere manier confronterend om daarnaar terug te gaan. Het voelt helemaal niet goed. Nu zijn er nog andere mogelijkheden bij mijn werkgever om te reintegreren. Gelukkig maar. Toch zou ik het liefste ergens helemaal opnieuw willen beginnen. Ergens waar ik geen voorgeschiedenis met mij mee draag maar waar ik opnieuw kan beginnen. Dat voelt als een opluchting, een soort ontsnapping bijna. 

Naast de wens van een nieuwe werkomgeving willen wij al heel lang naar het buitenland verhuizen. In een relatie met twee nationaliteiten is dat altijd een reële mogelijkheid. Het is namelijk belangrijk dat beiden kunnen aarden waar zij wonen. Mijn man heeft zijn best gedaan maar hij kan hier moeilijk zijn weg vinden. De baan in Zwitserland kwam per toeval op mijn pad. Wij voelen ons beiden erg prettig in dat land. Manlief heeft daar vroeger een tijdje met veel plezier gewoond. Het leek dus een te mooie kans om voorbij te laten gaan ondanks dat ik nog niet helemaal hersteld ben. Dus een nieuwe werkplek en een omgeving waar beiden kunnen aarden geven mij voldoende vertrouwen dat ik het wel aan zal kunnen. 

Mocht het door gaan, dan verhuizen we met de hele familie direct naar Zwitserland. Het bedrijf biedt voor een bepaalde tijd een woning aan zodat wij in de gelegenheid zijn om een passende permanente woning te vinden. Bij dit zoeken worden we bijgestaan door een makelaar die ook door het bedrijf wordt aangeboden. We hebben een vrij realistische wensenlijst. Belangrijkste voor ons is een kindvriendelijke en groene omgeving bij voorkeur buiten de stad. Uiteraard moet het betaalbaar zijn. Betaalbaarheid is een kwestie van concessies doen. Twee slaapkamers is voldoende en het hoeft niet met uitzicht op het meer. Als we het meer willen zien, dan zijn we daar zo. We willen absoluut niet in een expat-omgeving wonen. Wij willen graag leven onder de Zwitsers. Dochterlief zal ook naar een kantonale school gaan. Dus geen internationale school omdat wij de intentie hebben om ons daar permanent te vestigen. Het is dus belangrijk voor haar dat ze dus de lokale taal leert en daar ook vriendjes krijgt. Op een internationale school vertrekken kinderen na een aantal jaren weer. Dat willen we voor haar niet. Buiten het feit om trouwens dat die scholen achterlijk duur zijn en ik me niet helemaal kan vinden in de licht elitaire wijze van de meeste scholen. Enige zorgpunt is naschoolse opvang. Daar hebben we nog geen goed zicht op. In eerste instantie zal manlief de zorg weer op zich nemen. Alleen het is wel de bedoeling dat hij daar zijn werk weer verder op pakt. 

Mocht ik de baan krijgen, dan hebben we ongeveer 4 maanden om ons leven in Nederland af te wikkelen. Ik zou pas in juli beginnen als het schooljaar van dochterlief is afgelopen. Het betekent dat we ons huis zo snel mogelijk te koop zullen zetten. Mochten we het huis niet op tijd verkopen dan kan ik het gelukkig met mijn salaris aldaar toch nog opbrengen om het hier aan te houden totdat we een koper vinden. In die 4 maanden zullen we vooral veel moeten ruimen. De verhuizing zal worden betaald door het bedrijf. Bovendien krijgen we een bedrag om daarvan dingen aan te schaffen. Dat bedrag is toereikend om mijn schulden af te betalen en de eventuele borg te betalen. Daarnaast zullen we een auto verkopen. Deze is nog relatief nieuw dus waarschijnlijk zal deze ook nog aardig wat opbrengen. Financieel zal het dus wel lukken. Beter nog we zouden dan aan een schuldenvrij leven kunnen beginnen. En dat is een ware zege en enorme opluchting tegelijk. 

Kortom we hebben het al enigszins doordacht en de plannen zijn er in grote lijnen. Ambitieus? Ja maar het geeft ook een heleboel positieve energie die wij beiden lang hebben gemist. Nu is het afwachten of we concreet met onze plannen aan de slag moeten. Wij hebben er ontzettend zin in. 

maandag 9 maart 2015

Bijkomen

Nadat de adrenaline rush van de sollicitatie was gaan liggen, stortte ik vorige week in. Ik was bekaf. Daar kwam nog bij dat ik vorige week ook nog eens begon met fysiotherapie om de spieren op mijn middenrug en nek weer losser te maken. Als je maanden fysiek niet heel erg veel doet dan komen die oefeningen ineens hard aan. Neem daar nog bij de vermoeidheid van de reis, de intensiteit van de gesprekken en het vele rondlopen in de stad daar en je hebt het perfecte recept voor een vermoeid lijf en geest. Donderdagavond lag ik dan uitgeteld op de bank. Ik heb me naar bed gesleept om er de volgende dag nog steeds moe uit te rollen. Zo ging het praktisch het hele weekend door. Al maakte de zon een verschil want dat geeft toch een beetje energie.

Dochterlief en ik hebben gisteren dan ook een rondje speeltuinen in de buurt gedaan. Het initiele plan was om ergens te gaan wandelen maar alleen al het idee om dan in de auto te moeten stappen, was al te veel. Dus ik haalde de step van dochterlief uit de schuur en de rest van de middag waren wij bij elk denkbare speeltuin te vinden in de buurt. Onderweg stopte we ook nog voor een ijsje. Uiteindelijk hadden we een hele leuke middag. Een middag die volgens haar voor herhaling vatbaar is want ze vond het helemaal fantastisch. Wie dus beweert dat het allemaal groots en meeslepend moet zijn, heeft het goed mis. 

Het huishouden zucht ondertussen onder een laag stof. Ik bedacht me gisteren dat die extra stofdeeltjes ook niets meer uitmaken. Het verschil tussen een stoffige kast en een kast met nog iets meer stof, is nauwelijks zichtbaar. Ooit zal ik wel weer de zin vinden om het huis te stoffen en te luchten. Dat geldt ook voor opruimen. De wil is er maar daar is ook alles mee gezegd.

Inmiddels draaien mijn hersenen ook overuren. In gedachte ben ik de sollicitatiedag nog een paar keer doorgelopen. Ik kan niets negatiefs ontdekken behalve dan dat ik nadien de dingen mooier had kunnen of willen zeggen. Ik ben dicht bij mezelf gebleven in de gesprekken en ik had een goed gevoel nadien. Meer dan dat kan ik er niet van maken. Nadien heb ik ook nog een korte emailwisseling gehad over praktische dingen zoals declaratie van de reiskosten. In de emails gaf men aan dat ze het een prettig gesprek hadden gevonden. Dus doe ik weer waar ik goed ben en analyseer ik dat weer: zouden ze dit menen of zijn ze gewoon beleefd. Toch steekt mijn onzekere stemmetje weer de kop op van waarom ik  en misschien zijn die andere kandidaten toch beter.  Ik ben blij als ik weet waar ik aan toe ben en tegelijkertijd wil ik het ook niet weten. Ik kan nu nog dromen en dat is ook fijn. Straks wordt die droom werkelijheid en dan moet ik ineens heel veel regelen. Of het gaat niet door en dan zal ik even heel hard moeten slikken en weer opnieuw op zoek moeten. Hoe dan ook wachten is misschien wel zenuwslopender. 

donderdag 5 maart 2015

En nu is het afwachten...

Daar ging ik dan dinsdag naar Zwitserland. De vlucht verliep goed en met enige vertraging landde ik op het vliegveld. Vervolgens ging ik rechtstreeks door naar het hotel om mijn bagage weg te brengen en even op te frissen. Het hotel lag in een prachtige villawijk met uitzicht op de bergen en het meer. Ik kreeg een kamer met uitzicht op de tuin. De kamer was niet groot maar wel van alle gemakken voorzien. Later ontdekte ik ook dat het een fantastische douche had waar ik heerlijk onder het warme water kon ontspannen.

Nadat ik de kleren netjes had uitgehangen en iets had gedronken, ben ik de toerist gaan uithangen. Ik heb de hele middag gezworven door het center, me vergaapt aan de etalages, genietend van de mooie gevels en kleine winkeltjes in de zijstraatjes om te eindigen bij het meer. En daar werd ik getroffen door een adembenemend uitzicht. Een uitzicht waar ik nooit genoeg van zal krijgen. Ik besloot dus om een wandeling langs het meer te maken. Naast het meer lag ook een park met bankjes die weer uitzicht gaven op het meer. Op een bepaald moment ben ik op zo'n bankje gaan zitten. Ik heb daar uiteindelijk een uur alleen maar gezeten, genietend van het geluid van het kabbelende water, het zonnetje in mijn gezicht en het gekwaak en gekrijs van de eenden en de meeuwen. Ik werd overvallen door een diepe, diepe rust die me tegelijkertijd ook enorm emotioneerde. Ik had mij in lange tijd niet zo ontspannen gevoeld. En dat voelde verdomdes goed. Met tegenzin ben ik op een bepaald moment van mijn bankje weg gegaan en ben ik langzaam weer richting hotel gegaan. Daar had ik een rustige avond en moe maar voldaan viel ik uiteindelijk laat in slaap.

En toen was het woensdag: de dag van de gesprekken. Ruim op tijd ben ik vertrokken waardoor ik veels te vroeg op het kantoor was. Het gaf mij de gelegenheid om de sfeer te proeven. Ik weet niet wat het was maar die diepe rust die ik de dag ervoor ervaarde, overviel me weer. Er was dus geen enkel spoor van zenuwen maar ik voelde me er juist op mijn gemak. Ik heb uiteindelijk vier gesprekken gehad en een informele lunch met de manager die ik van mijn vorige en huidige werkgever ken. Het waren stuk voor stuk prettige gesprekken waar er voldoende ruimte was om vragen te stellen. Ik heb dus een heel goed beeld van de positie, het team en het bedrijf. Ook kreeg ik meteen informatie over de arbeidsvoorwaarden en het relocation package. Het was beter dan ik had gehoopt. Al met al liep ik met een heel goed gevoel weg. Ik heb begrepen van mijn (bevriende) manager dat de feedback vanuit het eerste gesprek heel positief was. En ik maar denken dat ik het verknald had. Er zijn nog andere kandidaten waarvan één ook voor een tweede gesprek was uitgenodigd. De anderen zitten nog in de eerste ronde. Ik heb begrepen dat ze ook al veel kandidaten hebben afgewezen. Het is te hopen dat het initiele enthousiasme dus nog steeds bestaat. Mijn gevoel is goed. Het waren goede gesprekken waarbij er ook goed werd gereageerd op wat ik zei. Het voelde prettig aan en ik heb het idee dat dit wederzijds was. Geen idee hoeveel met het meeweegt dat ik de manager daar ken en zij het ontzettend leuk vindt dat ik bij haar ben komen solliciteren. 

Met enige tegenzin verliet ik de stad en liet ik Zwitserland achter me. Het voelde zo goed. Het voelde bijna als thuiskomen. Ik hoop met heel mijn hart dat het binnenkort ook mijn nieuwe thuis wordt. Want ook wat ben ik enthousiast over deze baan en het bedrijf en wat zou ik daar graag willen werken en wonen. Manlief was blij om mij na lange tijd weer zo enthousiast weer te zien. Hij zag weer een lichtje in mijn ogen sprankelen. Het is nu afwachten... minimaal twee zenuwslopende weken. 

maandag 2 maart 2015

Bis gleich

Daar gaan we dan morgen. Eerst een dagje morgen nog sfeerproeven de stad en dan woensdag heb ik van vroeg in de ochtend tot halverwege de middag sollicitatiegesprekken. Allerlei gedachten schieten door mijn hoofd van spannend, leuk tot aan waar ben ik in eigenlijk mee bezig. Manlief probeerde me nog wat meer moed en daadkracht te geven door de woorden eraan toe te voegen  je gaat nu eindelijk voor een baan waar je tot je recht komt en die je meer dan verdient. Kijk dat geeft dan weer moed ;-).

In afwachting van morgen heb ik vandaag en dit weekend mijn verjaardag gevierd. Vandaag was ik dan echt jarig maar tja maandag is een beetje een duffe dag. Dochterlief had een prachtige tekening gemaakt die ze ook heel mooi had ingepakt. Ook had ze een boekenstandaard voor in de keuken gekocht. Ik had het ding voor nog geen €3.00 bij de B.lokker zien liggen. De hint was begrepen en vanochtend stond ze dus stralend met het pakje voor mij. In het weekend was mijn moeder er ook. Dat was gezellig maar wel vermoeiend. Ik heb haar ook verteld van mijn sollicitatie. Ze steunt het maar heeft het er wel moeilijk mee. Ze vind de afstand onoverkoomlijk. Ik heb haar een paar keer op haar hart gedrukt dat ik er nog niet zit. Ik moet eerst maar eens goed door de gesprekken komen en dan het eens worden over het salaris.

Tja en dat salaris. Dat was wel even een dingetje. Hoe bepaal je nu een salaris als je daar niet een heel goed zicht op hebt? Banen worden daar namelijk zonder salarisindicatie geadverteerd. Enig zoek- en navraagwerk gaf wel een indicatie. Vandaag heb ik ook op cost of living gezocht en hierdoor heb ik nu een goed beeld wat ik zou moeten vragen. 

Ik ben ingecheckt. Mijn koffer is bijna ingepakt. Morgen begint de eerste stap naar hopelijk een nieuw avontuur in mijn leven.